'Economie en natuur kunnen samengaan', zegt Sibbing (GroenLinks-PvdA), 'maar dat verhaal ontbreekt in Europa.'
„We hebben het nog helemaal niet gehad over wie ik ben en waarom ik op de lijst sta", zegt Lara Sibbing halverwege het interview. Zij is een buitenbeentje - iemand van GroenLinks-PvdA die in het Europees parlement zitting wil nemen in de landbouwcommissie. Het is de eerste keer in jaren dat iemand van een van die partijen interesse heeft in die commissie.
Ze wil de landbouw en het hele voedselsysteem hervormen, had ze verteld. Ze streeft naar een Europa waar goed voedsel betaalbaar is, waar de natuur gezond is en de landbouw duurzaam en dierwaardig. En waar boeren een eerlijk inkomen verdienen.
„Ik heb landbouw en veehouderij gestudeerd in Wageningen", vertelt ze, „en toen kwam ik erachter dat daar het probleem niet ligt. Toen ben ik bestuurskunde gaan studeren om te kijken naar de mensen, en de keuzes die mensen maken."
Als beleidsadviseur bij de gemeente Ede, en later als freelance consultant, werkte ze aan de voedseltransitie op lokaal niveau. Daarbij gaat het om het bieden van een gezonde voedselomgeving, legt ze uit, waarbij je bijvoorbeeld oplet dat er geen snackbar vlak naast een school ligt. Maar het gaat ook om het creëren van een markt voor lokaal, duurzaam geproduceerd voedsel door het als gemeente in te kopen, en partnerinstellingen te stimuleren om dat ook te doen.
U zei in eerdere interviews dat voedselbeleid op lokaal niveau moet beginnen. 'Op gemeenteniveau', zei u, 'daar is waar het speelt.' En nu wilt u naar Brussel toe.
„Dat is deels waar. Je kunt lokaal veel bereiken. Het inrichten van de lokale ruimte is bijvoorbeeld echt iets voor de gemeente. Maar als je zegt: we willen een andere manier van landbouw, kun je als gemeente wel aan mini-knopjes draaien, maar je kunt niet echt een deuk in een pakje boter slaan. Daarvoor moet je toch echt in Brussel zijn."
Wat wilt u dan in Brussel bereiken?
Sibbing leunt even naar voren. „De discussie spitst zich erg toe of je voor de natuur bent of voor landbouw", zegt ze. „Dat de keuze is tussen goed ondernemen, economie aan de ene kant, of klimaatmaatregelen en zorgen voor de natuur aan de andere kant. In die discussie ontbreekt een geluid, namelijk dat het allebei kan. Dat je niet hoeft te kiezen, dat je aan een systeem kunt werken waarbij die hand in hand gaan. Dat geluid wil ik daar brengen. Zorgen voor een schone, gezonde omgeving en een gezonde natuur is de basis om goed te kunnen ondernemen."
Het huidige voedselsysteem is op een dood spoor beland. Dat moeten we weer op de rails krijgen.
Het woord dat dan meestal valt is 'verdienmodel'.
„Dat kan dus samengaan. We moeten flink aan de bak om te verduurzamen, tegelijk moeten we zorgen dat de boeren ook een eerlijke boterham kunnen verdienen. Daarvoor moet je niet alleen naar de landbouw kijken, maar het hele voedselsysteem aanpakken.
Het huidige voedselsysteem is op een dood spoor beland. Dat moeten we weer op de rails krijgen. Wat mij betreft zijn daarvoor drie dingen nodig: eerlijk belonen en beprijzen, een eerlijk speelveld, en eerlijke verantwoordelijkheid daarvoor over de hele keten. Dus niet enkel de primaire sector."
Ik krijg altijd een beetje jeuk bij het woord 'eerlijk'. Dat klinkt heel mooi, maar hoe vul je dat in?
„Dat is waar, het is een term waarmee je alle kanten op kunt, dus ik maak die graag concreet. 'Eerlijk belonen en beprijzen' betekent dat je groen doen fors beloont, en vervuiling beprijst.
Het huidige systeem, met hectaresteun, is niet eerlijk. Daarin zit een prikkel die ondernemers ertoe aanzet om op te schalen, willen ze een boterham kunnen verdienen. Tachtig procent van die inkomenssteun gaat naar twintig procent van de boeren. Die prikkel wil ik veranderen door te zeggen: 'we betalen niet enkel voor product, we betalen ook voor dienst.' En dan ook goed betalen.
We willen als maatschappij graag die ecosysteemdiensten, maar nu wordt het maar een beetje erbij gerommeld. Dat kan beter.
De keerzijde ervan is dat we handelingen of productiewijzen die vervuilend zijn voor het milieu flink gaan beprijzen. Zoals de intensieve veehouderij, of het gebruik van pesticiden.
En dan ook ervoor zorgen dat de producten die wij importeren, volgens dezelfde eisen zijn geproduceerd als wat we aan de Europese boer vragen. Dat bedoel ik met 'een eerlijk speelveld'."
U stelt dat schoon doen moet worden beloond, en vervuiling beprijsd. U noemt de intensieve veehouderij als een voorbeeld hoe het niet moet. Maar juist daar kun je toch precies sturen op wat er in de stal gebeurt en wat er wordt uitgestoten? Dat kan toch juist heel schoon zijn?
„Het gaat om het iets grotere plaatje. Om het concept van planetary boundaries. Als je het vanuit die hoek bekijkt, is de dierhouderij een ontzettend grote verspilling van ruimte en grondstoffen. Voor die sector halen we soja uit Zuid-Amerika, en ook hier wordt voedsel geproduceerd om er diervoer van te maken. Kijk, het is echt belangrijk dat we voedsel blijven produceren. Alleen moet je dat voedsel produceren voor mensen, niet voor dieren.
Dan hebben we het nog niet gehad over dierenwelzijn. Ik denk dat er veel veehouders zijn die een veel hogere dierenwelzijnsstandaard zouden willen toepassen, maar ze zitten klem. Dat past niet binnen hun stalsysteem. We moeten naar een systeem waarbij je het dier heel laat, en zorgt dat het natuurlijk gedrag kan vertonen. Nu kan dat niet, omdat de systemen daar niet op zijn ingericht.
Moet zoiets ook onder ecosysteemdiensten vallen, die door de maatschappij vergoed worden?
Dat is een interessante vraag. Kijk, het dier is van nature intact. Nu hebben we een systeem dat er stukken van worden afgeknipt - varkensstaarten worden gecoupeerd, snavels gekapt. Als je die eraan laat zitten, is dat een ecosysteemdienst? Dat lijkt me wel wat ver gaan.
We zeggen al heel lang dat de intensieve veehouderij een doodlopend pad is.
Dus als u het heeft over een eerlijk inkomen voor boeren, dan is dat vooral voor bepaalde boeren.
„GroenLinks-PvdA zegt al heel lang dat de intensieve veehouderij een doodlopend pad is. Die boeren zullen zich moeten aanpassen, een andere richting opgaan. Dat betekent niet dat je als boer niet trots kan zijn op wat jij, of je ouders, eerder hebben gedaan, maar je moet naar de toekomst kijken en het anders gaan doen. Dat is geen verraad, dat kan goed samen.
Even terug naar het stimuleren van boeren om het goed te doen. Dat wilt u voor elkaar krijgen met beprijzing. Dus niet met regels van wat wel mag en wat niet mag.
„Ja. Ik ben heel erg voor doelsturing, en niet voor middelvoorschriften. Dan moet je wel duidelijk zijn over de doelen die je met elkaar afspreekt, de richting waar we naartoe gaan. Dan kunnen ondernemers daarop anticiperen en krijg je geen zwabberend beleid."
Er is niet goed nagedacht over hoe de Green Deal uitpakt op het boerenerf.
Hoe kijkt u aan tegen de Green Deal, en de Farm-to-Fork-strategie van de Europese Commissie? Daarop is stevig ingezet door Frans Timmermans, de huidige leider van GroenLinks-PvdA, en die aanpak is ook gesteund door uw partij. Daarin wordt niet echt financieel gestimuleerd. De ecoregelingen, zei u, zijn niet goed genoeg. Aan de andere kant werden maatregelen voorgesteld als het halveren van de inzet van gewasbeschermingsmiddelen, zonder dat financieel te stimuleren, of te kijken wat het effect ervan kan zijn op het boerenerf.
„Ik hoor inderdaad veel kritiek op de Green Deal, op hoe die uitpakt op het boerenerf. Daar is niet goed over nagedacht. Daar moet je inderdaad goed naar kijken, en blijven evalueren hoe die uitpakt in de praktijk. Waar het uiteindelijk om gaat is dat we goed voor onze omgeving zorgen. Zodat je niet vijf jaar, maar vijf generaties vooruit kan."
De afgelopen vijf jaar zijn GroenLinks en PvdA niet erg kritisch geweest over de Green Deal.
Er zijn weinig kandidaten die een stevige achtergrond hebben in landbouw, en die heel lang in dat veld gewerkt hebben, en daarnaast een donkergroen en donkerrood sociaal hart hebben. Daarom sta ik nu op deze lijst. Om die kennis, die expertise, toe te voegen, en ervoor te zorgen dat mensen bij de transitie kunnen blijven ondernemen.
Mis het Europese Landbouw Slotdebat niet!
Lara Sibbing is een van de deelnemers aan het Europese Landbouw Slotdebat dat Agrio op 3 juni organiseert, in samenwerking met de sectororganisaties DDB, NMV, NAV, POV en NVP. Aan de hand van sectorale thema’s gaan politici per sector met elkaar in debat. Naast Sibbing hebben tot nu toe ook Sander Smit (BBB), Bert-Jan Ruissen (SGP), Bart Millenaar (VVD) en Willemien Koning (CDA) hun deelname toegezegd.
Akkerbouw: Aanmelden voor het debat over akkerbouw
Melkveehouderij: Aanmelden voor het debat over melkveehouderij
Varkenshouderij: Aanmelden voor het debat over varkenshouderij
Pluimveehouderij: Aanmelden voor het debat over pluimveehouderij