Limburg trekt bij minister aan de bel over afname hoeveelheid grasland: 'Slechte zaak'
Het aantal weilanden in Limburg wordt steeds minder. Volgens de provincie is de hoeveelheid grasland sinds het jaar 2000 met 13 procent afgenomen. 'Dat is een slechte zaak', schrijft Faassen. 'Grasland is noodzakelijk voor waterveiligheid en in onze omgang met het veranderende klimaat. Gras houdt juist water vast en helpt om erosie in onze hellende gebieden tegen te gaan. In Zuid-Limburg passen gras en grazers ook beter rond grondwaterafhankelijke natuurgebieden dan waterintensieve akkerbouw of vollegrondstuinbouw. Ook draagt het beeld van koeien in de wei bij aan ons kenmerkende cultuurlandschap: dit is onlosmakelijk verbonden met het imago van onze streek.'
Ook rondom natte Natura 2000-gebieden, bijvoorbeeld de Peel, en in de beekdalen van Noord- en Middenlimburg helpt grasland tegen verdroging. 'Het grondwaterpeil is daar nu afgestemd op (intensief) agrarisch akkerbouwmatig grondgebruik. Verhogen van het grondwater betekent omschakelen naar een andere manier van boeren. Kortom, het behoud van grasland is een oplossing voor meerdere uitdagingen', aldus de gedeputeerde.
Samenwerking met Rijk
Limburg denkt dat het Rijk samen met de provincie de uitdaging om grasland te behouden kan oppakken. 'Wij bouwen momenteel al met de boerenbelangenorganisaties aan een coalitie. Het samenbrengen van belanghebbenden loopt dus al. Maar we kunnen pas daadwerkelijk een trendbreuk creëren in de afname van het groene grasland, wanneer we samen met u de handen ineen slaan en de boeren ook daadwerkelijk perspectief kunnen bieden. Hiermee houden we de kwaliteit van ons karakteristieke Limburgse landschap in stand en bevorderen we ook de integrale aanpak van waterveiligheid en de verbetering van natuurwaarden.'
Veranderingen in de Peel
Daarnaast vraagt Limburg ook aandacht voor de Peel-regio. Limburg wil met het Rijk werken aan de doorontwikkeling van dit gebied. Door veel stoppende boeren en de aanwezigheid van kwetsbare natuur, maar ook de verstedelijkingsdruk vanuit Venlo en de Brainport wacht het platteland daar volgens Faassen een metamarfose die 'zijn weerga' niet kent. 'We overdrijven niet als we stellen dat de Peel een ‘showcase’ kan zijn naar de rest van Europa (en daarbuiten). Dit vraagt om een robuuste totaalvisie. Voor de toekomst van de blijvers in de landbouw, voor de natuur én voor de regio in zijn geheel. Hier ligt echt bij uitstek de kans om te laten zien hoe natuur en hoogproductieve landbouw hand in hand kunnen gaan.'
Limburg wil het gebied doorontwikkelen met financiële impulsen in proeftuinen en met initiatieven vanuit de bewoners die met alle gevolgen te maken krijgen. 'Hier hebben we ook de Rijksoverheid (financieel) bij nodig. Om onze uitdagingen het hoofd te bieden zijn in het zuiden van ons land extra financiële middelen nodig, naast de miljoeneninvestering die wij zelf als provincie al doen. In de periode waarin er veel onzeker was voor boeren, hebben wij zelf de portemonnee getrokken. Maar er is meer nodig.'
Alles met het uiteindelijk doel: 'Zodat onze kleinkinderen over 100 jaar trots en gerustgesteld kunnen terugkijken op de beweging die we nu in gang kunnen zetten'.