Winnaar HBIVV 2023: ‘De Voedselplaat kan hulpmiddel zijn tegen staartbijten’
Stuur je beste idee voor Varkensland op: het kan tot 1 september
Overrompeld en verrast. Dat was Dick Wermink toen zijn ‘Voedselplaat’ vorig jaar de titel ‘Het Beste Idee van Varkensland 2023’ in de wacht sleepte. Bijna een jaar later is de innovatie verder doorontwikkeld én verkocht Wermink al enkele honderden voedselplaten. Met het coupeerverbod in zicht verwacht hij een verdere run op de innovatie.
Dat ‘zo’n eenvoudig idee’ als dat van de Voedselplaat zou worden uitgeroepen tot Het Beste Idee van Varkensland 2023 (HBIVV), dat had Dick Wermink uit het Overijsselse Witharen nooit kunnen denken. „De jury was vooral onder de indruk van hoe praktisch het idee was”, geeft hij aan.
Vooral voorlopers
Het winnen van HBIVV leverde de ondernemer veel publiciteit op: interviews, artikelen in vakmedia etcetera. En dat vertaalde zich in klanten en verkoop. „Tot vorig najaar waren er nog geen varkenshouders die met de Voedselplaat werkten; inmiddels heb ik er zo’n 350 verkocht aan een twaalftal varkenshouders. Dat is natuurlijk mooi. Je merkt dat ondernemers – mede ingegeven door de adviezen van de NVWA – meer speelmateriaal willen aanbieden aan hun dieren en hen 24/7 voedsel willen bieden. Daarnaast is een bepaalde groep ondernemers zich al aan het oriënteren op het werken met lange staarten. De Voedselplaat kan daarbij een hulpmiddel zijn.”
MIA- of de Vamil-regeling
Wermink merkt dat vooral de voorlopers met lange staarten bezig zijn, voor de ‘massa’ is het aanstaande coupeerverbod nog een ver-van-mijn-bedshow. Mede om die reden vinden bepaalde ondernemers de investering – een kale plaat met paal kost 250 euro – ook nog te duur. „Naar aanleiding van het winnen van de HBIVV-prijs heb ik samen met de POV en VKON geprobeerd om de innovatie onder te brengen in de MIA- of de Vamil-regeling, zodat ondernemers die investeerden een belastingvoordeel zouden krijgen. Dat is tot nu toe nog niet gelukt.”
Onderzoek nodig
De ondernemer verwacht dat de verkoop van de Voedselplaat – die hij inmiddels in een fabriek laat produceren en in de markt zet met zijn compagnons Jurgen Slotman en Rens van de Wolfshaar – de komende jaren een verdere vlucht neemt. „Varkenshouders zullen aan de bak moeten om in 2030 te kunnen gaan werken met lange staarten. Dan is een klosje hout in de stal niet voldoende, maar moet je serieus dingen gaan doen om de dieren af te leiden. Daarin kan de Voedselplaat een rol vervullen. Wat dat betreft moet vooral de tijd zijn werk doen.”
‘Meer hufterproof’
De Voedselplaat werd afgelopen jaar verder doorontwikkeld en robuuster gemaakt. „Voorheen maakte ik de roestvrijstalen palen zelf vast aan de plaat”, zegt Wermink. „Dan braken ze soms af. Om dat te tackelen, worden de palen nu in de fabriek aan de plaat gelast. Ook de platen – die ik eerst zelf fabriceerde – worden hier machinaal gemaakt, wat resulteert in een constantere kwaliteit. Door deze aanpassingen is de Voedselplaat beter en meer hufterproof geworden.”
Lees het hele interview in de nieuwste editie van Pig Business, die volgende week donderdag 5 september verschijnt
Tekst: Ank van Lier
Beeld: Susan Rexwinkel