Kamer worstelt met rapport over volksgezondheid en geitenstallen

„Ik vind het lastig wat ik hier als politicus van moet vinden, en wat ik ermee moet”, zei Harm Holman, nadat RIVM-onderzoeker Joke van der Giessen in een bijeenkomst in de Tweede Kamer uitvoerig de uitkomsten van het rapport nog eens had toegelicht. Ja, wonen in de nabijheid van geitenhouderijen bracht een verhoogd risico op longontsteking met zich mee. Maar nee, er was niet één duidelijk oorzaak daarvoor aan te wijzen. De onderzoekers hadden in de lucht rondom stallen 23 bacteriën gevonden die longontsteking kunnen veroorzaken, maar er was niet, zoals eerder bij Q-koorts, één duidelijke oorzaak aan te wijzen.
Thom van Campen had een zelfde probleem. „De aanwijzingen zijn duidelijk aanwezig, maar één duidelijke ziekteverwekker is niet gevonden. Welke beleidskeuzes liggen er nu voor?”, vroeg hij aan de wetenschappers. Maar die hielden de boot af. „Beleidskeuzes, daar gaan wij niet over”, vertelde Van der Giessen’s collega Menno de Jong.
Maar tegelijk gaven ze aan dat bij geitenhouderijen een verhoogd risico op longontsteking is. En hoe dichter bij een geitenhouderij, hoe hoger dat risico is. De onderzoekers hadden in de lucht bij die geitenhouderijen, en in de mest in de stallen, ook drieëntwintig bacteriën gevonden die longontsteking kunnen veroorzaken. „De combinatie van die twee geeft genoeg aanwijzingen dat er iets in de lucht moet zijn die dat verhoogde risico verklaart. Maar de precieze oorzaak weten we niet.”
'Geen causaal verband, wel sterke aanwijzingen'
In hun rapport bevelen de wetenschappers daarom aan om de stallen aan te passen of de stallucht te zuiveren.
Caroline van der Plas vond die aanbeveling vreemd. „U heeft geen causaal verband aangetoond, maar komt wel met zo’n aanbeveling. Dat is toch merkwaardig?”
De onderzoekers vonden van niet. „Met epidemiologisch onderzoek, het soort dat wij gedaan hebben, kun je nooit een causaal verband aantonen”, antwoordde Van der Giessen. „Maar het is niet zo dat er niets aan de hand is. We hebben een significant verhoogd risico gevonden, en een verklaring kunnen geven waarom dat zo kan zijn.” Je kunt nog wel jaren gaan onderzoeken welke bacterie dat dan precies veroorzaakt, stelde ze, maar je kunt ook de stallucht schoner maken en zo het risico verlagen. Het gaat daarbij om 50 tot 100 vermijdbare gevallen per 1000 inwoners per jaar, stelde ze. Longontstekingen die je kunt voorkomen.
Pluimveestallen
De onderzoekers wijzen op de ontwikkelingen bij pluimveestallen. In eerdere onderzoeken was in de nabijheid van die stallen ook een verhoogd risico op longontsteking geconstateerd, maar in dit laatste onderzoek niet meer. Ze leggen de link met de maatregelen die de sector heeft genomen om de uitstoot van fijnstof te reduceren – diezelfde maatregelen hebben er ook voor gezorgd dat er minder bacteriën uit de stallen in de buitenlucht komen. Volgens de onderzoekers ligt het daarom voor de hand om een zelfde maatregel ook bij geitenstallen toe te passen. „En als je dan blijft monitoren, kun je het effect van die maatregel onderzoeken”, stelde de Jong.