Subsidie voor doorontwikkeling Zeeuwse soja
Pionierbedrijven
Regionale eiwitteelten staan hoog op de agenda van de Europese Unie en het Rijk. Om de import van niet-duurzame soja uit met name Zuid-Amerika te verminderen, wordt er gezocht naar economische perspectieven voor nieuwe teelten in Europa. Een van die initiatieven is het project ‘Zeeuwse Soja’, dat in 2016 met een subsidie van 5.000 euro van de provincie Zeeland van start ging. Vier pioniers op Zeeuws-Vlaanderen gingen er mee aan de slag. Een van de telers haakte na het eerste seizoen af, drie nieuwe telers kwamen er dit jaar bij. Vijf teelden soja in Zeeuws-Vlaanderen, de zesde in West-Brabant. Per bedrijf werd er dit jaar gemiddeld 4 hectare geteeld.
Geschikt klimaat
Initiatiefnemer Martijn Buijsse van Buijsse Consultancy uit het Brabantse Boekel ziet toekomst voor sojateelt in Zeeuws-Vlaanderen. "Hier worden van oudsher vrij veel bruine bonen geteeld. De teelt van soja laat zich daar behoorlijk mee vergelijken. Ook soja wordt laat ingezaaid, eind april, begin mei, en de oogst is eind september", zegt Buijsse over de eveneens eenjarige teelt.
Vanwege de temperatuur en relatief veel zonuren is het klimaat van Zeeland geschikt voor deze teelt. “Ik zie de sojateelt niet als concurrerend voor bruine bonen. We moeten het vooral afzetten tegenover het saldo van wintertarwe.”
Het project, dat Buijsse samen met coöperatie CZAV in Wemeldinge uitvoert, is gericht op de teelt van soja voor menselijk gebruik. Sojabonen zijn eiwitrijk en ze worden onder meer gebruikt in brood, zuivel en als vleesvervanger.
Resultaten
Sojabonen vragen nauwelijks gewasbescherming of bemesting. Bovendien is soja een stikstofbindend gewas en het biedt de teler een extra plus in de vruchtwisseling. Maar net als bij elk ander gewas, moet de akkerbouwer de teelt in de vingers krijgen. En dan zijn de ervaringen die de pionier-telers in 2016 en 2017 hebben opgedaan van groot belang.
Hoewel er rond half november een evaluatie met de telers volgt, is nu al wel duidelijk dat de opbrengsten dit jaar niet meevielen. Volgens Martijn Buijsse is de oorzaak hiervan wel heel verklaarbaar. “bij het entproces is iets misgegaan. En dat heeft consequenties voor de opbrengst, wat wij spijtig vinden voor de telers die hun nek hebben uitgestoken.” Enten van sojazaad met rhizobium-bacteriën versterkt de stikstofbinding en verhoogt de opbrengst.
We moeten heel goed evalueren en daar lessen uit trekken.” Voorop staat volgens Buijsse de vraag hoe tevreden de telers zijn. “Ik hoop dat de telers nu niet afhaken, want het is geen fundamenteel probleem. Het is aan de boer: iedereen is vrij in zijn eigen keuzes.”
Manifestatie
Om de ervaringen van de teelt van soja bij verschillende branchepartijen onder de aandacht te brengen, organiseert Buijsse Consultancy begin december een manifestatie. Mede hiervoor heeft de provincie Zeeland middelen beschikbaar gesteld. “Er gaan uitnodigingen naar de provincie, ZLTO en NAV. Ook leveranciers van zaaigoed en afnemers van soja zien we graag komen”, zegt Martijn Buijsse. “Het is wel een besloten setting, speciaal bedoeld voor alle partijen die van belang zijn voor de teelt.” Tijdens de manifestatie staat het perspectief van de sojateelt voor tofu-toepassing centraal. “We zoeken naar een hoogwaardig afzetsegment. Dan praat je over het produceren van kleinere volumes tegen een hogere prijs.”
Tekst: Henny Lenkens
Beeld: WUR