Vroege opname vast voer goed voor big
Samen met Wageningen UR en Cargill is mengvoerfabrikant Coppens een vierjarig project, genaamd Early Foraging, gestart om nieuwe strategieën te onderzoeken waarmee de zogende big zo snel en zo veel mogelijk vast voer kan opnemen. Eerder is aangetoond dat een vroege vastvoeropname gunstig is voor het minimaliseren van een speendip. Tijdens het Baby Big XL-onderzoek wordt met behulp van kleurstoffen in het voer aangetoond of een big wel of niet van een bepaald voer heeft gegeten. Dit was te zien aan de kleurstof die al dan niet in de mest werd teruggevonden. Bij de verstrekking van Baby Big XL had 70 tot 80 procent van de biggen reeds op een leeftijd van drie weken vast voer opgenomen. Bij een kleine korrel werd dit percentage pas na vier weken bereikt. Volgens de onderzoekers lijkt deze ene week niet veel, maar hierdoor kan het big wel de werking van zijn maagdarmkanaal sneller ontwikkelen. De darmmicrobiotica passen zich bovendien eerder aan de nieuwe voeding aan. Hierdoor is de big vóór het spenen reeds gewend aan vast voer.
Versnelde kolonisatie
In een vervolgproef bleek bovendien dat het vroeg opnemen van vast voer leidt tot een versnelde kolonisatie van specifieke microben in de darm. Deze microben breken complexe koolhydraten af. Daarnaast is het verteringsstelsel verder ontwikkeld bij de ‘betere eters’: zij hebben een zwaardere alvleesklier en dunne darm en een langere dikke darm. De onderzoekers proberen de leeftijd van de eerste vaste voeropname verder te vervroegen en het percentage eters omhoog te brengen. In dit kader is een vervolgonderzoek opgestart. Hierbij wordt ook onderzocht of en hoe ingespeeld kan worden op het natuurlijke wroetgedrag en de nieuwsgierigheid van het varken door op een alternatieve manier voer aan te bieden. Tevens worden de verdere effecten op de dierprestaties in het traject na het spenen gevolgd.
Direct toepasbaar
Volgens projectleider Early Foraging Liesbeth Bolhuis van Wageningen UR leverde de eerste proef van dit project direct al interessante resultaten op. Daarin werd namelijk het effect van diversiteit in voer (zowel qua formaat als samenstelling) onderzocht. „Biggen die twee soorten voer verstrekt kregen (waaronder een grote biggenkorrel), toonde een hogere totale opname van vast voer en aten bovendien meer van het voer dat de controlebiggen.” Dit tussentijds onderzoeksresultaat kunnen zeugenhouders direct toepassen, stelt innovatiemanager Maarten Hollemans van Coppens. Hollemans: „Zo adviseren wij zeugenhouders om onze Baby Big XL nu al te combineren met een ander biggenvoer zoals de Insecto Speen.”