'Omzet kipconcepten gaat verder groeien'
Dat zei Melanie Murk, senior onderzoeker van EFMI Business School afgelopen donderdag 18 mei tijdens haar presentatie Vraaggestuurde ketens, kansen voor toegekende waarde op het Pluimvee Symposium Vlees in Eersel (NB).
Veel agrarische ketens zijn van oudsher aanbodsgericht. Dat is interessant zolang je voor de laagste kostprijs kunt produceren. Maar dat wordt voor Nederlandse producenten steeds lastiger. Zo hebben Poolse vleeskuikenhouders een lagere kostprijs dan in Nederland. Dus moeten Nederlandse vleeskuikenhouders, die geen kostenleider zijn, zich op een andere manier onderscheiden, volgens Murk. Dat kan door conceptproductie en samenwerking in gesloten ketens.
Consument eet bewuster
In supermarkten worden steeds meer duurzame voedselproducten gekocht. Vorig jaar steeg de omzet van supermarkten in duurzame producten naar schatting naar 3 miljard euro. Dit is een groei van maar liefst 24 procent ten opzichte van 2015. Nu al is meer dan 10 procent van de verkochte voedingsproducten in supermarkten duurzaam. Dat biedt mogelijkheden voor voedselconcepten.
Ook andere foodtrends bieden volgens haar kansen voor concepten. Dit zijn:
- Gezondheid
- Genieten
- Gemak
- Goed gedrag
Verder vinden consumenten een goed verhaal ook steeds belangrijker en blijft een goede prijs ook essentieel.
Consument wil oplossingen
Andere trends die interessant zijn voor voedselproducten zijn:
- Verstedelijking
- Beperkte tijd
- Vergrijzing
- Meer eenpersoonshuishoudens
- Zorgen om mens, milieu en dier
De consument wil volgens de onderzoeker oplossingen en hier moeten voedingsproducten op inspelen door bijvoorbeeld kleinere porties voor eenpersoonshuishoudens aan te bieden die snel te bereiden zijn.
Ondergrens verhoogd
De ondergrens van de markt wordt volgens de onderzoeker continue verhoogd. Zo waren scharreleieren een paar jaar geleden het premium segment, maar zijn ze nu de onderkant van de markt. Een supermarkt als Plus verkoopt zelfs helemaal geen scharreleieren meer. Volgens Murk gaat dit de komende jaren zo door. Pluimveehouders doen er goed aan om vooruit te lopen. Zo kunnen ze met toegevoegde waarde ook toegekende waarde te creen. Al is dat niet eenvoudig omdat pluimveehouders niet continue kunnen investeren.
Maar niet alleen pluimveehouders worstelen met de vraag welke kant ze op moeten, ook retailers. Na de prijzenoorlog in 2014 willen supermarkten zoals Albert Heijn en Plus zich nu graag op kwaliteit onderscheiden, aldus Murk. De verwachting is dat de verkoop van bulkproducten in de volume markt, waar vraag en aanbod de prijs bepalen, van circa 50 procent in 2013 naar 33 procent in 2023 is gedaald.
Het aandeel voedingsproducten dat in een efficite (gesloten) keten verkocht gaat worden zoals de Nieuwe Standaard Kip van Jumbo stijgt naar verwachting van ongeveer 33 naar 41 procent in 2023. Ook de niche markt zoals biologische kip stijgt van circa 8 naar 11 procent. Verder stijgt ook het aandeel strategische keten van circa 9 naar 15 procent. Dit biedt volgens Murk kansen voor conceptproductie van kip.
Flexibiliteit gevraagd
Hoewel er volgens Murk meer vaste ketens komen, moeten pluimveehouders ook flexibel zijn. Al beseft ze dat, dit tegenstrijdig klinkt. Een pluimveehouder moet een plan hebben voor de korte termijn en lange termijn. Een pluimveehouder reageerde hierop dat dit vrijwel onmogelijk is omdat je vaste kosten hebt na het bouwen van een nieuwe stal en deze nieuwe stal eerst af moet schrijven.
Supermarkten kampen met hetzelfde probleem. Die hebben veel winkelruimte beschikbaar terwijl er steeds meer producten online verkocht worden. Als die trend doorzet moeten ze een oplossing bedenken wat ze met die winkelruimte kunnen doen.
Strategische keuzes
Pluimveehouders moeten volgens Murk deze strategische keuzes maken voor de toekomst:
- Samenwerken of handel drijven?
- Bulk of bijzonder product?
- Ondernemend of uitvoerend?
- Vertrouwen of beschermen?
Een pluimveehouder moet n van deze twee kiezen om succesvol te kunnen zijn. Ze kunnen bijvoorbeeld niet samenwerken en handel drijven, aldus Murk.