Vier organisaties luiden noodklok om veiligheid Limburgs platteland
Volgens de vier organisaties heeft de provinciale handhavingsdienst de Groene Brigade in vergelijking met een aantal jaar geleden minder buitenuren tot haar beschikking. Daarnaast weten de partijen dat de bevoegdheden van de Groene Brigade beperkt zijn. Zo worden nieuwe brigadiers niet meer gewapend, ‘waardoor ze minder toegevoegde waarde hebben voor veelal niet-bewapende deeltijd-BOA’s, zoals de BOA’s van terreinbeheerders’.
Volgens LLTB, Limburgs Landschap en de natuurorganisaties heeft deze ontwikkeling grote impact, ‘omdat zij het beste overzicht hebben op de criminaliteit in het Limburgse buitengebied en omdat zij de meeste expertise hebben voor de aanpak van zwaardere zaken’.
Regie
‘Voor Staatsbosbeheer, Limburgs Landschap, Natuurmonumenten en LLTB is het van groot belang dat de Groene Brigades als provinciale handhavingsdienst er op toegerust zijn om de regie te nemen bij het aanpakken van de veiligheid in het buitengebied’, zo melden ze in een gemeenschappelijk bericht. ‘Bij regie gaat het om informatie delen, elkaar steunen en samenwerken en samen acties opzetten. Terreinbeheerders kunnen dat niet zelf. Zij werken met een beperkt aantal deeltijdtoezichthouders die zij uit eigen middelen moeten betalen.’
Convenant
De vier partijen hebben maandagavond 11 maart samen met de provincie Limburg een convenant ondertekend over handhaving in het buitengebied. Dit convenant biedt BOA’s van terrein beherende organisaties de mogelijkheid ook handhavend op te treden buiten het eigen werkgebied. ‘Het convenant maakt handhaven op het terrein van anderen mogelijk, waardoor we efficiënter kunnen werken’, aldus de vier partijen. ‘Echter, voor de aanpak van grotere zaken zoals zware stroperij, drugshandel, afval- en drugsdumpingen in de natuur en in landbouwgebieden, inbraak in groeves, diefstal van landbouwvoertuigen en –materialen, hennepteelt in de natuur en tussen de mais, testen van explosieven, vuurwapens en zwaar vuurwerk of vergiftiging van dieren, verandert het niets.’