Melkveehouder Schaijk verbijsterd over krachtvoereis van gemeente
Veehouder Pebe uit Schaijk vindt die krachtvoereis onbegrijpelijk en denkt dat gemeente die alleen stelt om geen vergunning te hoeven verlenen voor een melkveehouderij met 900 koeien naast de grootste geitenhouderij van Europa, ook van Pebe. „De gemeente Landerd sleept er van alles met de haren bij, alleen maar om een vergunning voor een melkveebedrijf te voorkomen”, zei de raadsman van Pebe tijdens een rechtszaak over de zoveelste geweigerde omgevingsvergunning.
Na twee eerdere weigeringen van een vergunning kwam de derde weigering als een koude douche, vooral vanwege de eis om naast eigen ruwvoer ook nog krachtvoer op eigen grond te telen. „Want bijna geen boer in Nederland, op een aantal biologische bedrijven na, teelt zijn eigen krachtvoer. Krachtvoer komt via de Rotterdamse haven uit het buitenland binnen”, aldus Pebe’s raadsman Johan van Groningen bij de Raad van State.
Krachtvoer bestaat meestal voor een groot deel uit soja(eiwitten) die uit het buitenland wordt ingevoerd. Dat Pebe nu ook opeens krachtvoer zelf zou moeten telen ziet de raadsman van de veehouders en broers Geert-Jan en Marcel Peters, die nu al de grootste geitenhouderij in Europa runnen, als een noodgreep van Landerd om maar geen vergunning te hoeven verlenen. Ook rechter en staatsraad Henny Troostwijk vond het vreemd dat de gemeente nu ver in de al 6,5 jaar slepende procedure opeens het krachtvoer te berde brengt. „Dat lijkt toch wel op het veranderen van de regels tijdens de procedure.” Kortom, tijdens de wedstrijd de spelregels wijzigen, beaamde de raadsman van Pebe.
Fout
De raadsman van de gemeente zag het anders en erkende dat er bij de eerste en tweede weigering van de vergunning het krachtvoer niet is genoemd. „Dat was een fout maar dat betekent niet dat we die niet mogen herstellen en gedwongen zijn de fout te blijven maken.” Verder hield de raadsman van Landerd vol dat Pebe nog steeds niet over de benodigde hectares weide- en akkerbouwgrond beschikt om het benodigde ruw- en krachtvoer voor eigen gebruik te telen.
Een deel van de door Pebe opgegeven weide- en akkerbouwgronden zou intussen een recreatiebestemming hebben gekregen. En over een ander deel zouden de broers geen zeggenschap hebben. Pebe’s zegsman ontkende dat en benadrukte dat het bedrijf bijna 80 hectare in eigendom heeft en ruim 200 hectare van Jonkergauw pacht, meer dan genoeg om eigen ruwvoer van af te halen. Desondanks ziet Landerd in het melkveeplan van de gebroeders Peters niets anders dan een verkapt intensieve veehouderijplan.
Drie notarissen
Tot slot gelooft de gemeente niet dat Pebe zoveel ruwvoer van zijn gronden kan halen als opgegeven. Een adviseur van de gemeente zei tijdens de zitting in Den Haag dat boeren gemiddeld tussen de 11 en 20 ton snijmaïs van een hectare halen, Pebe zou 21 ton per hectare oogsten. Landerd gelooft dat niet. De raadsman van Pebe wees er op dat er bij de steekproefoogst het wegen en de verwerking maar liefst drie notarissen aanwezig waren om alles te controleren. Dat Pebe betere opbrengsten haalt dan gemiddeld is volgens het bedrijf meer dan voldoende aangetoond.
De gebroeders gaven op het laatste nog aan dat de gemeente geen poot meer op heeft te staan als de Raad van State ook de derde vergunningsweigering vernietigt. „Wij produceren straks meer ruwvoer dan onze koeien nodig hebben, maar liefst 108 procent meer. Waar hebben we het dan over.” Mogelijk dat de Raad in dat geval een deadline aan Landerd stelt om alsnog een vergunning te verlenen. Uitspraak volgt binnen enkele weken.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Ruth van Schriek