Van Kuijk mag geen mest verwerken op Vughts bedrijfsterrein

Eerder gaf het bedrijf te vrezen voor het voortbestaan van zijn mestopslag- en verwerkingsterrein aan de Gementweg in Vught als de Raad van State de dwangsom in stand laat. Dat is nu gebeurd. Het hoogste bestuursrechtscollege vindt dat Vught terecht een dwangsom heeft opgelegd aan Van Kuijk.
Luchtfoto's
B&W van Vught legden de dwangsom op omdat het bestemmingsplan voor het perceel aan de Gementweg alleen opslag van mest toestaat. Het ver- en bewerken van mest is niet toegestaan. Van Kuijk meende dat het be- en verwerken van mest onder het zogenoemde overgangsrecht viel. Volgens het bedrijf werd er al jarenlang dierlijke mest en compost be- en verwerkt. Dat zou onder meer blijken uit overlegde luchtfoto’s en andere documenten. De Raad heeft de gegevens nog eens onder de loep genomen en concludeert dat er geen keiharde bewijzen zijn dat het bedrijf al sinds 2000 op grote schaal mest be- en verwerkt. Kortom, het valt niet onder het overgangsrecht en dus is de dwangsom terecht opgelegd.
Failliet
De uitspraak is een domper voor het bedrijf. Die waarschuwde eerder tijdens de rechtszaak dat het bedrijf mogelijk failliet gaat aan de dwangsom en 104 werknemers op straat komen te staan. Bovendien zouden honderden boeren in de omgeving hun mest niet meer kwijt kunnen, aldus Van Kuijk.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Ruth van Schriek