Varkensbedrijf Oirschot moet herrie windmolen dulden

In een hoger beroepuitspraak stelt de Raad de gemeente Oisterwijk (NB) en windparkbedrijf Innogy alsnog in het gelijk. Eerder vond de rechtbank dat de dichtst bij de bedrijfswoning gelegen windmolen wel ’s nachts stil gezet moest worden. Op die manier zou de geluidsoverlast voor de varkenshouder binnen de perken worden gehouden. Maar de Raad van State is het niet eens met de rechtbank en stelt dat die de extra geluidisolatie van de woning ten onrechte buiten beschouwing heeft gelaten. Immers, de bedrijfswoning ligt vlak bij de snelweg A58. Om die reden zijn de stallen zo gebouwd dat de woning minder verkeersherrie te verduren krijgt. Daarnaast is ook extra geluidisolatie in de gevel aangebracht.

'Isolatie is isolatie'

De bestuurserechter in Breda meende dat die isolatie niet meetelt voor de herrie van de windmolen. De Raad van State kan dat niet volgen. Immers, isolatie is isolatie. Als dat wegverkeerslawaai tegenhoudt, houdt het ook herrie van een windmolen tegen. Bovendien komt de gezamenlijke herrie van A58 en windmolen niet boven de kritische geluidnorm in de woning uit. Kortom, de windmolen kan blijven draaien en de varkenshouder zal dat moeten accepteren.