Waterschap Rivierenland verdubbeld tarief
‘Geen onrust door tariefsverhoging bij waterschap Rivierenland’
Het Algemeen Bestuur van Waterschap Rivierenland stelde vorige week de begroting 2020 vast en de daar aan gekoppelde heffingstarieven. De stijging is naast de prijs- en loonontwikkeling een rechtstreeks gevolg van de maatregelen die Waterschap Rivierenland neemt ter bescherming tegen overstromingen en het zorgen voor voldoende aan en afvoer capaciteit van schoon water in het rivierengebied en de toegroei naar een kostendekkende belastingopbrengst.
„Voorgaande jaren zaten we iets lager met de jaarlijkse tariefsverhoging, maar dit jaar is dit bijna verdubbeld naar 5,6 procent”, vertelt Goos den Hartog, heemraad Financiën bij waterschap Rivierenland en daardoor lid van het dagelijks bestuur van het waterschap. „Voor de melkveehouder komt het zelfs neer op een verhoging van 6,5 procent.” De verhoging is volgens de heemraad noodzakelijk. Er zijn een aantal dingen veranderd en er staan grote opgaven voor de deur, die de nodige investeringskosten vragen. Door het Wegenarrest en Waddenarrest van de Hoge Raad kunnen wij de oppervlakten van rivieren en wegbermen niet meer omslaan in een heffing naar gemeenten of andere overheden. Dit fors verlies van inkomsten zorgt voor een hogere stijging voor de overige belastingplichtigen voor de watersysteemheffing, dus ook voor de agrarische sector. Het gaat om honderden hectaren extra grond aan bermen en wateroppervlak.”
Solidariteitsoplossing
Verder heeft het algemeen bestuur van het waterschap ook een solidariteitsoplossing toegepast voor de steeds meer oplopende post kwijtschelding, waar de waterschapsbelasting voor de armlastigen, die niet kunnen betalen, wordt kwijtgescholden. Dat betreft zo’n 3 miljoen euro per jaar en die wordt in de nieuwe kostentoedelingsverordening omgeslagen over al de ingezetenen. Ook maakt het waterschap extra kosten door energieneutraal te worden, biogasinstallaties te bouwen en het afronden van fusieperikelen, zoals het vervangen of ontmantelen van kleinere onrendabele zuiveringsinstallaties en om de zuiveringscapaciteitsbehoefte elders onder te brengen. Den Hartog: „De grootste uitgaven die wij moeten, zijn echter onze dijkopgaven. Dit vraagt om een miljarden investering. Neem bijvoorbeeld de dijkverbetering van de Waal tussen Gorinchem en Waardenbrug. Deze was in de eerste instantie in 2014 geraamd op 180 miljoen, maar is inmiddels gestegen naar 250 miljoen euro voor 22 kilometer dijk. Een deel van die kosten 10 procent komt voor rekening van het waterschap. Maar we moeten in totaal 350 kilometer dijk verbeteren. We beginnen echter eerst met de meest urgente en dus duurste trajecten.”
Robuust watersysteem
Een veranderend klimaat vraagt volgens het waterschap ook om een robuust watersysteem dat ook ecologisch gezond is. Om wateroverlast of -tekort te voorkomen, investeert het waterschap onder andere in de verbreding van watergangen, de aanleg van natuurvriendelijke oevers en het onderhoud aan en aanpassen van stuwen en gemalen. Het moet zorgen dat er in het gebied vrijwel altijd water van goede kwaliteit en voldoende aan- en afvoercapaciteit in het watersysteem is.
Volgens Den Hartog moet een melkveehouder met 40 hectare grond en drie vervuilingseenheden ongeveer 200 euro per jaar meer betalen. „De hoogste verhoging komt echter voor rekening van de eenpersoonshuishoudens met eigen woning ongeveer 20 euro per jaar en de laagste verhoging voor meerpersoonshuishouden met een huurwoning van 13 euro per jaar, want dit is meteen ook de groep die een lager besteedbaar inkomen heeft. Een deel van de verhoging komt ook door de inflatie (1,5 procent) en CAO-afspraken 2020 (3,5 procent). Gelukkig is de rente ten opzicht van 2019 nog verder gedaald naar de rentevoet 2020 (0,6 procent).”
Verschillen in waterschapstarieven
Het beheergebied van Waterschap Rivierenland strekt zich overigens uit over een deel van de provincies Gelderland, Noord-Brabant, Zuid-Holland en Utrecht. De taken die het waterschap uitvoert zijn in de diverse provincies niet helemaal gelijk. Zo zorgt het waterschap in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden ook voor de 600 kilometer polderwegen buiten de bebouwde kom. Daardoor verschillen de waterschapstarieven in Zuid-Holland en Utrecht van de rest van het gebied.
Den Hartog: „De boeren hebben niet geprotesteerd tegen de tariefsverhoging zoals in Friesland of op de Veluwe. Er is bij ons geen onrust en zij accepteerden onze uitgangspunten over de kosten- en lastenstijging. Dat Friesland en de Veluwe zo´n forse verhoging moeten doorvoeren, heeft onder meer ook met verlies van landbouwgrond te maken, het wegenarrest door de lange uitgestrekte wegen in beide regio’s en Friesland kampt ook met het Waddenarrest. Hoewel we ook voor grote opgaven staan in het riviergebied, konden wij hier al beter op anticiperen en financiële voorbereidingen treffen.”