Zorgen in zorgboerderijtak met 200 lammerende schapen
Pieter van Uden van boerderij De Elsburg uit Berlicum (NB) heeft dagbesteding voor een diverse doelgroep, zoals mensen met een verstandelijk beperking. Het gaat om 15 deelnemers. Hij merkt dat het niet goed gaat met mensen die alleen zijn. „Bij ons is het momenteel topdrukte met tweehonderd schapen die moeten lammeren en koeien die afkalven. Gelukkig is het vaste personeel er nog en één van de drie stagiaires. De vrijwilligers komen niet meer, omdat ze kwetsbare mensen thuis hebben. We beginnen de dag met de dieren, daar maken we vaak filmpjes van. Daarna gaan we de deelnemers bellen of ophalen, in elk geval degenen die zonder ons het dag-nachtritme kwijtraken en erg angstig zijn geworden. Die laten we ‘gewoon, één op één, met ons meewerken, met voldoende afstand. Ik merk dat het niet goed gaat met de mensen die alleen thuis zijn. Verslavingsproblematiek speelt op en mensen raken in de war als ze hun verhaal niet kwijt kunnen.”
Inschattingen maken
Het advies vanuit het RIVM is duidelijk: zo weinig mogelijk contact. Maar wat doe je als zorg op afstand niet goed gaat? Paulien van Pelt, directeur bestuurder bij Stichting Zorgboeren Zuid-Holland legt uit hoe de stichting zorgboeren bijstaat. „Veel zorgboeren hebben in het begin een afweging gemaakt: welke cliënten kunnen we op afstand bedienen en welke niet? Dat was een goede eerste zet, maar niet alle inschattingen waren juist. Een zorgboer vertelde dat één deelnemer zelfs is opgenomen, omdat ze zonder het ritme van de boerderij te hard achteruitging.”
Zorglandbouw relatief goed af
Daarnaast is het volgens de Federatie Landbouw en Zorg goed om te beseffen dat de zorglandbouw het nog niet zo slecht doet. Maar recreatieondernemers bijvoorbeeld hebben volgens de federatie geen enkele zekerheid, terwijl het voor hun belangrijkste seizoen in het water dreigt te vallen.
‘Niet te zielig’
In Middenbeemster, op boerderij Komtengaatinvrede, zegt Hetty Uitenhuis dat zij samen met haar man, zoon en dochter in een VOF boeren: „Nu zijn we met z’n vieren. Normaal hebben we zo’n elf of twaalf cliënten op een dag. Ons bedrijf is overzichtelijk, we melken 50 koeien. Dat doet de robot sinds een paar jaar zodat wij vrij zijn om op tijd cliënten te kunnen halen en brengen. Er zijn kalveren om te verzorgen en er is snoeiwerk op het erf. Hobbymatig hebben we nog wat schapen.” Uitenhuis zegt nu compensatie van de stichting Landzijde te krijgen voor het niet kunnen ontvangen van mensen. Landzijde is een stichting die dagbesteding verzorgt voor mensen met een beperking bij zorgboeren in regio Amstelland en Meerlanden. „Nu al twee maanden is het best goed geregeld met de betaling die we krijgen uit de buffer van de stichting. Maar, waar houdt het betalen van de boer op? Dat weten we niet.” Anderzijds wil Uitenhuis ook relativeren: „We hebben nu ook minder kosten. Zeker hebben we alle hoop om in juni weer een beetje op toeren te komen. Verder noem ik zoiets als dit bedrijfsrisico. En gelukkig is melkvee de basis voor ons. We moeten er niet al te zielig over doen.” Het is de vierde week zonder cliënten, de vraag is volgens Uitenhuis hoe ze straks wel één of twee cliënten uit Amsterdam en Zaandam kunnen opvangen volgens richtlijnen van het RIVM.