College Brabant wijzigt Omgevingsverordening: meer keuze voor boeren
In het bestuursakkoord had de nieuwe bestuurscoalitie al aangekondigd dat de datum waarop stallen aangepast moeten zijn aan de Interim Omgevingsverordening (IOM) wordt verschoven naar 1 januari 2024. In de wijziging die Gedeputeerde Staten nu bekend heeft gemaakt, legt ze nader uit welke andere wijzigingen er zijn.
„We blijven inzetten op de verduurzaming van de landbouw", vertelt landbouwgedeputeerde Elies Lemkes-Straver, „en, net als andere sectoren, moet ook de landbouw bijdragen aan het terugdringen van stikstofemissies. Maar met dit voorstel geven we de sector echter wel een reëler tijdspad, dat het ook haalbaar maakt om innovatieve brongerichte stalsystemen toe te passen. Daarnaast bieden we boeren meer keuzemogelijkheden en geven we meer ruimte aan het eigen ondernemerschap van boeren."
Stalsystemen
Om de boeren zo meer ruimte te geven wijzigt het college de IOV die door het vorige college is ingevoerd, op een paar belangrijke punten. Zo mogen veehouders zelf besluiten of hun stallen aan de eisen in de verordening doen per dierplaats of op lokatieniveau. In de oude situatie moesten de stallen op dierplaatsniveau in de eisen voldoen. In de praktijk betekent dit dat bijvoorbeeld een melkveehouder die zijn koeien in een gloednieuwe stal heeft staan, zijn jongvee nu ook in een verouderde stal mag zetten, zolang hij op bedrijfsniveau maar aan de eisen voldoet. In de oude situatie zou hij per dierplaats aan de eisen moeten voldoen, en was de verouderde stal dus niet geschikt voor het plaatsen van jongvee.
Lemkes-Straver waarschuwt daarbij wel dat de tendens in de wetgeving is om naar dierplaatsniveau te gaan. Op termijn zal de verouderde stal dus toch moeten worden aangepast. Maar met deze maatregel kan de boer zelf het tempo daarvoor bepalen.
Meer managementmaatregelen
Met de wijziging in de IOV geeft de provincie boeren meer keuze om te voldoen aan de emissie-eisen. In de oude IOV golden alleen brongerichte stalsystemen; de provincie wil nu ook andere maatregelen toestaan, zoals het nemen van voermaatregelen of het voeren van weidegang.
Stallen mogen vanaf 2024 op lokatie-niveau voldoen aan de emissie-eisen, de deadline voor het aanvragen van een vergunning vervalt en boeren mogen op meer manieren voldoen aan de emissie-eisen. Met deze maatregelen wil het nieuwe college in Noord-Brabant boeren meer flexibiliteit bieden.
Vergunning
De datum voor het indienen van een vergunning vervalt. Ondernemers kunnen zelf kiezen op welk moment ze dit doen - dat is de eigen verantwoordelijkheid van de boer. In principe geldt dat het bedrijf moet voldoen aan de eisen die gelden op het moment dat de vergunning wordt verleend. Maar voor boeren die voor 1 januari 2023 een vergunning aanvragen, tellen de eisen die gelden op het moment van de aanvraag, en verandering in de eisen tussen dat moment en het punt waarop de vergunning wordt verleend, hebben geen gevolgen.
In de nieuwe Omgevingswet, die in 2022 van kracht wordt, gelden de eisen op het moment dat de aanvraag wordt verleend. Met deze maatregelen wil de provincie ene redelijke overgangstermijn bieden naar die nieuwe systematiek, en boeren stimuleren om tijdig een aanvraag in te dienen.
2024 niet keihard
De uiterste datum voor het aanpassen van stallen verschuift naar 1 januari 2024. De provincie rekent erop dat tegen die datum ook geschikte stalsystemen beschikbaar zijn. Maar mochten die er voor bepaalde sectoren of bedrijven niet zijn, dan kan de boer uitstel krijgen. De grootste knelpunten ziet de provincie hier bij stalsystemen voor de geitenhouderij en voor de rundvleesveesector.
„We blijfen als provincie inzetten op stalinnovatie", stelt Lemkes-Straver. „Dat heeft in het verleden tot resultaten geleid, en dus gaan we daarmee door." De provincie loopt volgens haar voorop als het gaat om innovatie, en zij wil dat dat zo blijft.
Inzage
De wijziging die de provincie wil doorvoeren ligt tot 1 september ter inzage. Lemkes-Straver erkent dat deze periode, midden in de vakantiemaanden, ongelukkig is, maar het is volgens haar nodig om te zorgen dat Provinciale Staten er voor het einde van het jaar mee instemt. Vanwege de ongelukkige timing is de inzageperiode wel verlengd van de gebruikelijke zes weken naar zeven weken, om belanghebbenden toch genoeg kans te geven te reageren.
Als alles volgens schema loopt, beslist PS op vrijdag 27 november over de wijziging.
Meer informatie over de voorgestelde wijzigingen is hier te vinden.