Zeeuwse jongeren krijgen les over agrarische sector

„We willen dat boer en burger zich meer bewust worden van elkaar en het gesprek aangaan, bijvoorbeeld over de totstandkoming van producten maar ook over maatschappelijke onderwerpen die spelen”, vertelt Renata Vereecken, secretaris van het ZAJK. „We richten ons met het project vooral op jongeren omdat zij de toekomstige generatie zijn die veranderingen teweeg zal moeten brengen.”

Onbekendheid

Vereecken merkt dat steeds minder Zeeuwse jongeren een relatie hebben met de agrarische sector. „Jaren geleden had iedereen nog wel een familielid met een boerenbedrijf of kende iemand met een boerderij. Tegenwoordig is dat niet meer zo; er zijn steeds minder agrarische bedrijven. Je merkt dat er onder jongeren veel onbekendheid is over de sector.” Het project ‘Zeeuwse kringloop, samen verder met burger, boer en visser’ richt zich op jongeren op het voortgezet- en middelbaar beroepsonderwijs. „Voor het basisonderwijs zijn Klassenboeren al heel actief, dus daarom ligt onze focus op de wat oudere leerlingen.”

Excursies

Het project is een initiatief van het ZAJK, Scalda (een onderwijsinstelling voor mbo en volwasseneneducatie in Zeeland en het zuidwesten van Nederland) en Zeeuws Land & Vis Collectief. Voor de vakken burgerschap en loopbaanoriëntatie worden lessen ontwikkeld die docenten zelf kunnen geven. Daarnaast verzorgen agrarische ondernemers gastlessen en staan er excursies naar boerenbedrijven op het programma.

Over welke thema’s in de lessen aan bod komen wordt nog nagedacht, zegt Vereecken. „Maar neem nu als voorbeeld het thema ‘voeding’. Het is de bedoeling dat alle sectoren aan bod komen tijdens een les over dit thema. We willen geen aparte les over de veehouderij en een aparte les over tuinbouw; alle sectoren moeten in dezelfde les even worden aangestipt.”

Projectaanvraag

De Gedeputeerde Staten van Zeeland hebben aangegeven dat zij voor het project een cofinanciering van 25.400 euro verlenen, mits het project wordt goedgekeurd binnen LEADER. LEADER is een onderdeel van het Europese programma voor plattelandsontwikkeling (POP3). Binnen het programma is subsidie beschikbaar waarmee lokale (Zeeuwse) initiatieven en goede ideeën die de leefbaarheid op het platteland vergroten, ondersteund kunnen worden.

Vereecken verwacht in januari 2021 uitsluitsel te krijgen over of hun projectaanvraag wordt goedgekeurd. „Maar we gaan aankomend schooljaar al wel heel kleinschalig starten met het project, op eigen verantwoordelijkheid. We zijn zo enthousiast en we willen ons vooronderzoek en voorwerk al zoveel mogelijk hebben gedaan. We gaan bijvoorbeeld al een aantal gastlessen geven om te kijken waar de lessen aan moeten voldoen en waar de behoeften van de leerlingen en docenten liggen.”

Verder gaan studenten van Hogeschool Zeeland voor het project aan de slag met een communicatieonderzoek. „Ze gaan onderzoeken hoe de boer het beste kan communiceren met de burger”, vertelt de ZAJK-secretaris. „En Aeres Hogeschool Dronten laat studenten lesmateriaal ontwikkelen.”