Verbranding: Fruittelers moeten soms bijna de helft van hun appels weggooien
In sommige gebieden is het niet altijd mogelijk om het fruit te beregenen. In Zuid-Limburg zit het water te diep in de grond, in Zeeland is op sommige plekken het water te zout. Arie van Horssen komt als adviseur voor Alliance Gewasbescherming bij fruittelers door het hele land. Hij heeft momenteel vakantie, maar zijn mobiel ontploft met berichten van telers die hun appels zien verbranden.
En die foto’s zien er triest uit. „Fruittelers die niet kunnen beregenen kunnen eigenlijk alleen hopen dat deze hitteperiode heel snel over is”, vertelt hij. „De verschillen per perceel kunnen al groot zijn. Want als naast de ene boomgaard een sloot ligt en langs de andere niet, kan dat ene stuk wel beregend worden en dat andere deel weer niet.”
Enorm
Hij krijgt dan ook berichten uit het hele land. Ook in de Betuwe verbranden appels met deze hitte. „Maar in het rivierengebied is er wel meer water beschikbaar. Dus deze telers hebben het momenteel iets makkelijker. 20 tot 40 procent van wat aan de boom hangt verbrandt op sommige plekken waar niet kan worden beregend, dat is enorm. Een fruitteler stopt echt niet van de ene op de andere dag, maar de laatste drie jaar nemen de verbrandingsproblemen wel toe.”
Tekst loopt door onder de foto
Een optie is om een kleilaag te spuiten, middelen op biologische basis die de appel een soort witte laag geven. Alleen blijkt die manier van hittebestrijding niet altijd even effectief. Bovendien blijft er een witte residu achter dat er lastig af te wassen is. Op sommige plekken zonder beregening zorgen hagelnetten voor schaduwvorming, een soort wit zeil dat over de boomgaard is gespannen om hagelstenen op de appels te voorkomen.
Uitzicht
„Dat is iets wat veel in Zuid-Tirol voorkomt, maar ook daar is weer discussie over”, vertelt Jos de Wit van Fruitconsult. „Want als iedereen die netten spant, gaat dat ten koste van het uitzicht van toeristen bijvoorbeeld.”
Fruitconsult, een onafhankelijke adviesbureau uit Randwijk (GD), beschikt over een heuse proeftuin voor appels, peren en ander fruit. „We hebben getest met het spuiten van klei in juni, maar nu hangen bijvoorbeeld de Elstar-appels op drie weken voordat het oogsten begint. Dan zijn de appels een stuk gevoeliger voor verbranding.”
Dat komt omdat de appels dan al kleur hebben. „Verbranden gaat op twee manieren. Uv-stralen koken de appels vanbinnen en door de zonnestralen ontstaan grote bruine plekken. Verbrande appels kunnen dus eigenlijk nergens meer voor worden gebruikt. De enige optie is weggooien.”
Volgens De Wit hingen er al een stuk minder appels (zo’n 20 procent minder dan normaal). „Voor telers die wel kunnen beregenen is dat gunstig, want ook buiten Nederland zijn er fruittelers die niet kunnen beregenen. Maar als je al minder appels hebt en nu ook nog eens 20 procent is verbrand, is dat erg zuur. Maar zomaar stoppen na een tegenslag zit niet in de aard van een fruitteler.”
Bassin
De Zuid-Limburgse fruitteler Eric Huids uit Vilt was in 2018 na een periode van flinke nachtvorst klaar met het waterprobleem. De appel- en perenteler legde een waterbassin aan van 30.000 kuub. Hij vult dat met regen- en grondwater en pompt het later op voor zijn boomgaard. Met de hitte gebruikt hij het bassin ook.
„Maar deze hittegolf moet niet te lang meer duren, want dan is mijn water op”, vertelt hij. „In Zuid-Limburg beschikken maar enkele telers over water. Er zitten hier zo’n honderd appeltelers, die vrucht is het gevoeligst. De reden is simpel: een peer is groen en kan daardoor meer warmte afstoten.”
Volgens Huids, die ook actief is voor de NFO (Nederlandse Fruitteelt Organisatie) denken fruittelers in Zuid-Limburg wel twee keer na voordat ze weer flinke investeringen doen in het aanplanten van bomen. „Veel fruittelers zijn boven de 50 jaar oud. Nieuwe bomen gaan al snel 10 tot 15 jaar mee. Als er dan ook nog flinke kosten bijkomen om de beschikking over water te krijgen, kan dat een reden zijn om te stoppen.”
Uitleg: Beregenen tegen de droogte en nachtvorst
Fruittelers gebruiken op twee manieren beregening over de boom heen. In de zomer verkoelt het water letterlijk de vruchten, waardoor de zon geen kans krijgt om schade aan te richten. De bruine plekken (zie foto’s) worden dan voorkomen. Fruittelers maken zelf een afweging wanneer de beregening aan moet. Soms is het bijvoorbeeld wel warm, maar staat er nog wel wat wind wat voor verkoeling zorgt. Door het beregenen tegen verbranding krijgen de bomen ook meteen water.
Fruittelers die niet kunnen beregenen, hebben soms wel de beschikking over een fertigatiesysteem onder de bomen, om in ieder geval de boom van water te voorzien.
In het voorjaar (als de vruchten nog bloemknoppen zijn) kan het in de nacht nog vriezen. Daardoor bevriezen de kwetsbare knoppen. Beregenen in de nacht helpt dan. Er vormt zich een laagje ijs over de bloemknop. Door het sproeien in de nacht ontstaat er een dun laagje ijs over de knop, de temperatuur daarvan is nooit lager dan 0 graden. De warmte komt vrij doordat bij het omzetten van water naar ijs energie vrijkomt.