‘Natuur straks niet meer ‘voor erbij’’
Toen Elies Lemkes-Straver in 2012 was gestopt als directeur van Brainport Eindhoven, werd haar gevraagd of ze een politieke carrière ambieerde. „Nee”, antwoordde ze stellig. „Ik heb enorm veel respect voor mensen die een politieke functie bekleden, maar zelf denk ik het beste te kunnen bijdragen vanuit een neutrale positie achter de schermen, buiten de politieke spotlights.”
Toch is ze nu, acht jaar later, de gedeputeerde Landbouw en Natuur in het College van Bestuur van de provincie Noord-Brabant. „Het was niet mijn ambitie”, vertelt ze nu. „Maar toen de vraag voorbijkwam, dacht ik: ‘Ja, in die functie komen zoveel zaken bijeen waar ik ervaring mee heb vanuit mijn werk bij Brainport, als directeur van de ZLTO en vanuit mijn lectoraat Duurzame Landbouw bij de HAS’, dat ik dacht: ‘Ik moet het gewoon doen.’ Ik vind het mijn maatschappelijke plicht om bij te dragen aan de samenleving als dat kan. En op deze portefeuille kan ik dat.”
Wat maakt dat u dat kan? Welke ervaring neemt u mee uit uw vorige functies?
„In ieder geval verbinding. Dat staat centraal in de functies die ik heb bekleed. Daar ging het toch steeds om het realiseren van opgaven die niet gemakkelijk waren, waarvan de oplossingen niet voor de hand lagen en waarvoor je veel partijen nodig had. Waar tegengestelde belangen een rol speelden, maar waar je wel een toekomstperspectief moest creëren. Denk aan wonen Almere, toen nog niemand daar wilde wonen, aan Brainport, voordat Eindhoven het centrum van high tech werd, aan de ZLTO, waar de boeren voor een enorme verduurzamingsopgave stonden die juist in Brabant onhaalbaar leek.
Ik heb dat altijd met veel plezier gedaan en daar wil ik mee doorgaan voor de opgaven die er liggen voor de landbouw in Brabant. Ik geloof daarin. Ik neem mijn houding mee als verbinder tussen heel verschillende disciplines, mensen, organisaties, sectoren, etcetera. En natuurlijk ook mijn kennis van landbouw, voedsel, high tech, van de omgeving – milieu, water, bodem – en die kennis wil ik graag inzetten.”
Er is genoeg te verbinden. Twee maanden geleden, bij de presentatie van het bestuursakkoord voor de landbouw, concludeerde u nog dat er te veel polarisatie is tussen landbouw, natuur en de omgeving. Wat wilt u daaraan doen?
„We zien dat natuurlijk volop terug in de maatschappij, en niet enkel in Brabant. Ik zal er ook alles aan doen wat in mijn vermogen ligt om aan een imago te bouwen dat recht doet aan de agrarische sector in Brabant. Dat heb ik bij de ZLTO gedaan en als gedeputeerde zal ik dat ook doen.
Maar de beste manier – dat weet ik nog uit mijn ZLTO-tijd – is om de burger naar de boer te brengen, om hem te laten zien wat de boer allemaal doet. Dat is de beste manier om aan het imago van de boer te werken.
Als boer kun je hieraan bijdragen door open te blijven staan voor dialoog, en je niet op je erf terug te trekken. Niet in het defensief gaan, maar juist je verhaal vertellen en trots te zijn.
We zien daar ook prachtige voorbeelden van. Ik was vorige maand bij het 25-jarig jubileum van de duinboeren. Daar zijn tweehonderd boeren bij aangesloten, en die doen zoveel aan de verbinding, met producten die ze onder eigen naam leveren, met boerderijterrassen, met kinderopvang en energieopwekking – je ziet de boeren gewoon stralen. En de omgeving ook.
Als provincie doen wij ook best veel. We hebben veel innovatieve projecten lopen met boeren en in veel daarvan werken we aan verbinding. Daar ga je in dialoog met elkaar. Je redt het niet met polarisatie.
Maar je moet naar elkaar toe wel helder blijven. Geen zoete broodjes gaan bakken. Maar daar zijn boeren ook niet zo van.”
Lees verder in de aankomende editie van Stal & Akker die zaterdag 12 september op de mat belandt. Nog geen abonnee? Vraag dan hier een gratis proefnummer aan.