Vessemse veehouder wijst vervuiling Kleine Beerze van de hand
Het Waterschap De Dommel weet zeker dat het verontreinigde water via zijn kavelsloot in de nabijgelegen beek stroomt en legde vleesstierenhouder Schoenmakers een dwangsom van 3.600 op. De veehouder stapte daarop naar de Raad van State, die gisteren zijn beroepszaak in Den Haag behandelde. Volgens Schoenmakers’ raadsman moet die dwangsom alsnog geheel van tafel, omdat er van welke overtreding dan ook geen sprake is. Want door een dichtgemaakte duiker en een zanddam in de kavelsloot is er volgens hem geen verbinding tussen de sloot van Schoenmakers en de Kleine Beerze. Dus kan er geen vervuild water van het veehouderijterrein in de Kleine Beerze lopen.
Monsternames
De woordvoerder van het waterschap wees tijdens de zitting op een paar controlerapporten met foto’s. Daaruit zou zonneklaar blijken dat er verontreinigd water van de veehouderij in de Kleine Beerze stroomde. Volgens de raadsman van Schoenmakers was het precies andersom en stroomde water van de Kleine Beerze juist via de sloot op het land van Schoenmakers. ‘Het water kan niet van Schoenmakers terrein komen, omdat de verrotte planten aan het eind van de sloot bij de Kleine Beerze zijn aangetroffen en niet aan het begin van de sloot.’ De zegsman van het waterschap wees vervolgens op de monsternames in Schoenmakers sloot vlak bij de stal en het verharde erf. En daaruit bleek dat er ‘gigantisch’ hoge waarde aan stikstoffen, fosfaten en nitraten in de monsters zaten. Volgens de raadsman van de stierenhouder kan dat niet van Schoenmakers terrein afkomstig zijn.
Zanddam
‘Omdat die zanddam in de sloot zat. En het was het waterschap zelf die Schoenmakers in 2017 heeft aangeraden die zanddam aan te leggen,’ aldus Schoenmakers zegsman. De woordvoerder van het waterschap zei het gehamer van de raadsman op die zanddam behoorlijk vervelend te vinden,’wij hebben Schoenmakers in 2017 inderdaad de kans gegeven om maatregelen te nemen. Die zanddam was een tijdelijke oplossing. Dan kon hij zijn terrein schoonmaken en de rommel die voor de dam in de sloot kwam met de gierwagen in de mestkelder pompen. Maar het was zeker niet de bedoeling om het bij die zanddam te laten en te denken dat daarmee alles was opgelost. Het was een tijdelijke oplossing om hem juist tegemoet te komen. Bovendien is die zanddam de afgelopen tijd behoorlijk weggespoeld zoals op foto’s te zien is. Dus loopt er wel degelijk water van zijn erf in de beek.’
De Raad van State gaat het allemaal nog eens bekijken en hakt over enkele weken een knoop door.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Susan Rexwinkel