Column: De melkveehouderij in 2030
In alle scenario’s zal het aantal bedrijven fors dalen, maar dat is feitelijk niks nieuws. Waar ik van schrok was de constatering dat ook in de twee meest gunstige scenario’s, het huidige beleid en meer natuur inclusief, slechts één op de vijf van de overgebleven bedrijven bedrijfseconomisch gezien gezond is. De rest leidt verlies of is niet in staat om vanuit het bedrijf de noodzakelijke vervangingsinvesteringen te doen. Dat is wat mij betreft een heel somber beeld voor de melkveehouderij in 2030.
Verbreding
Een ander onderzoek uit Wageningen liet deze week zien dat steeds meer landbouwbedrijven in Nederland voor hun inkomen niet meer geheel afhankelijk zijn van de landbouw. Steeds meer bedrijven hebben ‘neven’activiteiten waarmee ze ook een deel van hun inkomen realiseren.
Ik ken mooie voorbeelden van zorgboerderijen en boeren met een bloeiende toeristische tak. U vast ook wel. Deze nieuwe activiteiten op het boerenbedrijf leveren niet alleen een inkomen voor de boer op, maar blijken ook nog gunstig te zijn voor de economie van het platteland. Meer werkgelegenheid, meer toerisme, kortom ook op deze manier draagt de landbouw bij een de leefbaarheid van het platteland.
Daar waar het een hele bewuste keuze is om de economie onder het bedrijf op deze manier te versterken zijn dit natuurlijk ook prima ontwikkelingen. Maar aan de andere kant vind ik het wel zorgelijk dat we in de landbouw maar moeilijk instaat zijn om een reëel inkomen te verdienen met ons bedrijf. Dit is natuurlijk niet nieuw en speelt al jaren, en is ook een consequentie van het gevoerde landbouw- en handelsbeleid.
Ik denk ook niet dat dit echt fundamenteel anders gaat worden de komende tijd. Dus als je een goed inkomen wil verdienen in de landbouw moet je blijven werken aan een lage kostprijs en een grote productie. Maar dat is niet voor iedereen een optie en leidt ook niet tot betere inkomens in de landbouw leert de geschiedenis.
Nieuwe producten
Om de landbouw meer perspectief te bieden zullen we dus op zoek moeten naar wat we nog meer kunnen produceren en vermarkten dan alleen melk, vlees, eieren, aardappelen enz. Boeren met succesvolle neventakken laten al zien dat dit kan. Maar een zorgboerderij past niet bij iedere boer. We moeten dus ook kijken naar producten die nauwer aansluiten bij de boerenpraktijk van vandaag.
Hier zie ik veel kansen als het gaat om landschap, biodiversiteit, klimaat en waterkwaliteit. Op al deze thema’s ontstaat namelijk een maatschappelijk vraag waar wij een product tegenover kunnen zetten. We moeten nu alleen nog zorgen dat die maatschappelijke vraag en ons aanbod goed op elkaar worden afgestemd. En wel op zo’n manier dat er ook echt iets mee te verdienen valt. Als ons dat lukt ben ik ervan overtuigd dat het scenario natuurinclusief van de WUR alsnog als het beste scenario voor boer en burger uit de bus zal komen.