Provincie Zeeland akkoord met Faunabeheerplan Ganzen
Nergens anders in Europa vinden we zo veel overwinterende en doortrekkende ganzen dan in Nederland. Ganzen worden in Zeeland in de zomermaanden overdag bejaagd en er worden aanzienlijke aantallen ganzen gedood. Cijfers op de website van de Faunabeheereenheid geven aan dat in 2019 in Zeeland 5.485 grauwe ganzen zijn gedood, 1880 brandganzen, 891 Canadese ganzen, 711 nijlganzen en 53 kolganzen.
Deze afschot moet voorkomen dat er te veel ganzen komen. Vooral de grauwe ganzen en rotganzen veroorzaken in de hele provincie flinke schade aan landbouwgewassen. Voor schade veroorzaakt door de grauwe gans keerde provincie Zeeland in 2019 198.390 euro uit en 151.052 euro voor de rotgans. De brandgans en kolgans veroorzaakten ook veel schade. Ganzen grazen zeven tot twaalf uur per dag, eten tot een kilo gras, vreten gewassen aan en poepen alles zo onder dat het niet meer te gebruiken of te verkopen is.
Het Faunabeheerplan Ganzen 2021-2026 gaat over de uitvoering van landelijke en provinciale vrijstellingen ten behoeve van schadebestrijding.
Afschot standganzen
De provinciale vrijstelling voor het afschieten van brandganzen en grauwe ganzen wordt voortgezet. Ook is er een landelijke vrijstelling voor het afschieten met geweer van de Canadese gans. Deze zogenaamde standganzen, die het hele jaar door in Zeeland verblijven, mogen tussen 1 mei en 1 augustus tussen zonsopkomst en zonsondergang afgeschoten worden. Brandganzen mogen zelfs tot 1 november bejaagd worden op Schouwen-Duiveland, De Gouwe (Duiveland), Tholen en Sint Philipsland, in de omgeving van Wolphaartsdijk, De Poel bij Heinkenszand, Kapelle en het zuidwesten van Zuid-Beveland omdat de vogels daar veel schade veroorzaken aan grasland en akkers. De Faunabeheereenheid Zeeland wilde daar Noord-Beveland, De Wielingen, Rodanborg (West Zeeuws Vlaanderen), De Honte en Midden Zeeuws Vlaanderen aan toevoegen, maar GS geeft alleen toestemming voor Rodanborg omdat daar aantoonbare en meerjarige schade is aan landbouwgewassen.
De provincie gaat niet akkoord met het verzoek om alle ganzensoorten aan de randen van de nacht (een uur voor zonsopkomst en een uur na zonsondergang) in de zomerperiode in het kader van populatiebeheer te mogen bejagen met het geweer. Dit omdat zij vindt dat een onderbouwde inschatting van de verwachte effectiviteit van de verruiming ontbreekt.
Minder schade
Een tussentijdse evaluatie van het Zeeuwse Ganzenakkoord laat zien dat de door ganzen veroorzaakte schade fors is afgenomen: van 1,6 miljoen euro in 2012 tot ongeveer 600.000 in 2019. Wel neemt het aantal brandganzen en Canadese ganzen toe. Het afschieten, verjagen en nestbehandeling (lees: prikken van de eieren) helpt dus, maar is nog onvoldoende om tot een beheersbaar aantal ganzen te komen en de schade aan de landbouw te verminderen.
Tekst: Ellen De Vriend
Journalist, eindredacteur van diverse kranten en auteur in Zeeland. Schrijft freelance voor het vakblad Stal en Akker bij Agrio.
Beeld: Ellen De Vriend