CBL wil in januari gesprek over FarmerFriendly: 'Verhoudingen lijken te verharden'
Farmers Defence Force presenteerde dinsdag 17 november het FarmerFriendly-keurmerk achter gesloten deuren bij het kantoor van het CBL in Leidschendam. Het plan houdt in dat 3 procent van de totale omzet van de supermarkten naar coöperatie FarmerFriendly gaat. Die zal vervolgens het geld verdelen onder de Nederlandse boeren.
Met het initiatief wil FDF het verdienmodel van de boeren verbeteren. CBL gaf bij de overhandiging aan 'begrip voor de situatie van boeren' te hebben. Met de boerenbelangenclub heeft het CBL besproken dat iedere schakel in de voedselketen een goede boterham moet kunnen verdienen. De supermarkten zijn van mening dat boeren en tuinders een eerlijke prijs moeten ontvangen.
Niet realistisch
Farmers Defence Force stelde een ultimatum voor een reactie op de plannen: 10 december. De brancheorganisatie van de supermarkten geeft aan dat de datum niet realistisch is. „Het CBL kent dit voorstel, waaraan FDF sinds afgelopen februari heeft gewerkt, namelijk pas sinds 17 november en zij dient dit, na grondige bestudering, te bespreken met haar achterban. Gelet hierop is het onmogelijk om binnen de gestelde deadline inhoudelijk te reageren", schrijft het CBL.
Het CBL heeft eind vorige week aan FDF laten weten meer tijd nodig te hebben voor een inhoudelijke reactie op dit verstrekkende idee. „De gesprekken met FDF zijn de afgelopen tijd in goede verstandhouding verlopen. Het verbaast het CBL dat de verhoudingen lijken te verharden en over een ultimatum wordt gesproken."
Roept vragen op
Het voorstel roept vragen op bij CBL. Eén van die vragen is of het voorstel de mededingingstoets doorstaat. Hiervoor moet het voorstel worden besproken met de Autoriteit Consument en Markt (ACM). De ACM heeft het CBL laten weten het keurmerk niet inhoudelijk te hebben beoordeeld.
Gesprek in januari
Om het voorstel te kunnen beoordelen, vindt CBL dat er meer partijen nodig zijn dan alleen de Nederlandse supermarkten. „Om een zinvolle discussie over het verdienvermogen van boeren te voeren, zijn daarom naast boeren en tuinders ook de voedselverwerkende industrie en de exporteurs nodig aan tafel. Daarnaast hebben de horeca- en cateringsector een rol, hoewel deze sectoren nu ook zwaar worden getroffen door de coronacrisis. Het CBL ziet verder een rol voor de overheid om te spreken over de kosten als gevolg van wet- en regelgeving waar de land- en tuinbouwsectoren mee worden geconfronteerd."
Het CBL wil in januari een gesprek over het verdienvermogen voor boeren en tuinders. De organisatie doet daarom een beroep op LTO Nederland, Agractie en FDF maar ook de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI), Koninklijke Horeca Nederland (KHN), de Vereniging Nederlandse Cateringorganisaties (Veneca) en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) om daarbij aan te sluiten.
Dreigen met acties geen zin
Het CBL heeft vernomen dat er acties gepland staan en dat er 'dreigende taal' richting de organisatie en de supermarkten wordt gebruikt. „Het CBL heeft met zorg kennisgenomen van deze berichten. Zij zal niet toestaan dat haar belangen of de belangen van haar leden, als gevolg van het niet voldoen aan het door FDF gestelde ultimatum, worden geschaad door onrechtmatige acties, zoals acties die ertoe leiden dat distributiecentra of supermarkten (feitelijk) worden geblokkeerd. Het CBL zal daarom alles doen wat in haar macht ligt om dergelijke blokkades te voorkomen."
Het CBL zal de eventuele schade als gevolg van acties en blokkades direct verhalen op bestuursleden van FDF en de betrokken boeren.