Video: Nieuwe ronde: Biodiversiteitsmonitor melkveehouderij Brabant
De Biodiversiteitsmonitor kan melkveehouders stimuleren om hun bedrijf beter in balans te brengen met natuur, water en landschap. Ook biedt de monitor melkveehouders extra verdienvermogen. Het programma is al eerder getest met 55 boeren en wordt dit jaar opengezet voor nog eens 145 deelnemers. De beloningsregeling duurt in eerste instantie drie jaar.
Biodiversiteitsmonitor
De Brabantse Biodiversiteitsmonitor Melkveehouderij (BBM) bestaat uit een set van 13 indicatoren die de invloed van de bedrijfsvoering in de melkveehouderij op de leefomgeving, bodem en water in kaart brengt via een puntenscore op elk van de indicatoren. Door bovenwettelijke maatregelen te nemen kan een ondernemer hoger scoren op deze indicatoren. Het doel is om daarmee de biodiversiteit te versterken, waterkwaliteit te verbeteren, een vitale bodem en een aantrekkelijk landschap te creëren. Voor de boer die daar een waardevolle bijdrage aan levert, staat daar een financiële vergoeding tegenover.
De Biodiversiteitsmonitor komt voort uit Brabants Bodem, dit is een van de projecten uit het Interbestuurlijke programma Vitaal Platteland van het ministerie van LNV. Brabants Bodem wil een nieuw economisch perspectief realiseren voor agrarische ondernemers in het Van Gogh Nationaal Park. In het project werken 11 partijen samen, waaronder ZLTO, Brabantse Milieufederatie en Brabants Landschap. Het ministerie van LNV, de provincie Noord-Brabant en de waterschappen De Dommel, Aa en Maas en Brabantse Delta betalen samen de beloningen.
Aanmelden
Melkveehouders in de provincie Noord-Brabant kunnen zich tot 26 februari 2021 melden bij de collectieven agrarisch natuurbeheer via de link.
De regeling staat open voor alle Brabantse melkveehouders, maar randvoorwaarde is dat uiteindelijk 90 procent van hen uit het Van Gogh Nationaal Park komt.
Melkveehouders Bart Combee uit Helvoirt en Arno van Pelt uit Boxtel doen al vanaf het eerste uur mee met de Biodiversiteitsmonitor. In onderstaande video vertellen ze waarom andere melkveehouders zich zouden moeten opgeven.