Vroeg uien zaaien is erg risicovol
Op enkele plaatsen in Zuid-Oost Nederland is deze week heel voorzichtig gestart met het zaaien van uien. Het betreft percelen op de zandgronden. Een van de eerste, of mogelijk de eerste, was loonbedrijf Van Raak uit Hooge Mierde. Deze loonwerker zaaide donderdag 25 februari ruim 6 hectare uien van het ras Hybound voor teler Timmermans uit Oostelbeers. Volgens Jan Theuws, van Alliance uit Nieuwkuijk, gebeurde het zaaien onder optimale omstandigheden.
Uitzondering
Het zo vroeg in het jaar zaaien gebeurd slechts heel incidenteel. „De percelen die nu worden ingezaaid zijn uitzonderingen. Het betreft vooral hogere gelegen droge zandgronden en telers die persé zo vroeg mogelijk willen leveren. Het merendeel van de telers blijft echter rustig en vertoont nog een afwachtende houding. De beste zaaiperiode is vanaf medio maart tot half april.” Dat zegt Menno van der Vlies, uienspecialist bij Hazera in Made. Volgen hem heeft het zo vroeg al zaaien weinig nut. „De meeste percelen zijn nog te nat. Telers die nu zaaien kunnen geluk hebben als de weersomstandigheden de komende weken goed blijven. Krijgen we echter te maken met een koude periode, dan kan dit zorgen voor een onregelmatige opkomst en hoge onkruiddruk. Alleen als alles goed gaat, zullen de uien eerder oogstrijp zijn,” aldus Van der Vlies. Bart Schriever van De Groot en Slot onderschrijft zijn woorden. „Er wordt slechts heel sporadisch gezaaid. Het betref de droge zandgronden in onder meer de Kempen. Mede gezien de weersvooruitzichten wachten de meeste telers nog even. Ook om de gronden beter te laten opdrogen. Voor een vroege uienoogst hoeven de uien niet voor half maart de grond in,” aldus Schriever.
Teeltrisico’s
Reeds in februari uien zaaien zorgt voor aanzienlijk grotere teeltrisico’s. Zo vergroot vroeg zaaien de kans op tweewassigheid aanzienlijk. Verder kan verslemping voor problemen gaan zorgen. Zwakke plantjes kunnen nauwelijks door de korst komen en sterven vaak af. Verder zijn bij een heterogene opkomst de planten gevoeliger voor diknekken en is de onkruidbestrijding problematischer.
Grondomstandigheden
Voor het zaaien van de uien dient de ondergrond voldoende draagkrachtig te zijn. Na de vorst van deze winter valt de grond mooi fijn. De bovenlaag kleurt veelal al snel grijs. De teler moet zich daardoor niet laten misleiden. De ondergrond is dan vaak nog te nat. Het advies is om een schop mee naar het perceel te nemen om te kijken of de grond voldoende droog is. Voldoende droge grond mag niet meer kleven. De vroege zaaiers krijgen verder het advies om vroege uien minder diep (op maximaal 2 cm) te zaaien. Dit versnelt de kieming. Hoe dieper de teler nu zaait, hoe kouder de grond.