Schouten bezoekt Zuid-Limburgse akkerbouwer: 'Met het wegzakken van het water zijn de problemen niet opgelost'
Voncken is blij met de aandacht van de minister voor de problemen die zijn ontstaan door het vele water. „We hebben in deze regio al ontzettend veel gedaan om aan de ene kant het water vast te houden en aan de andere kant het water snel af te voeren. Maar tegen zoveel water kun je niet vechten.”
De grote vraag is nu: is de schade verzekerd? Al lijkt de schade op zijn bedrijf op het eerste oog nog wel mee te vallen, zegt hij zelf. „Mijn bedrijf zit in de heuvels, de gewassen hebben niet echt onder water gestaan. Het water spoelde van de percelen af. Op één perceel zijn de bieten deels weggespoeld, maar dat zijn niet de hectares.” Hij maakt zich meer zorgen over schade in de aardappelen en de uien. „Het heeft hier twee dagen aan één stuk door geregend, dat komt wel overeen met 24 uur onder water. Ze rotten nu nog niet weg, maar wat als later blijkt dat deze aardappelen of uien in de bewaring niet meer houdbaar zijn? We kunnen onze schade niet in twee weken aftikken.” Die zorg heeft hij gedeeld met de minister.
Lees verder onder de tweet
Waar hij helaas niet met haar over heeft kunnen spreken, is het belang van de geborgde zetels in de waterschapsbesturen. „Water is heel wat anders dan politiek. Hier in Zuid-Limburg hebben de boeren 60 procent van het landschap onder hun handen en we hebben meer dan 60 procent van het water te verwerken. Wie anders dan de boeren weten beter waar en hoe je het beste maatregelen kunt treffen in deze regio? Daar maak ik me echt zorgen over. Burgers en bestuurders moeten het vertrouwen hebben dat boeren weten waar ze het over hebben.”
Sinds de eerste buien over Zuid-Limburg trokken, was het voor Voncken en zijn collega’s volle bak aan het werk. „We werden de hele dag door gebeld om te helpen; dieren in veiligheid brengen, huizen leeghalen, en later ook mensen evacueren. We reden van dorp naar dorp om te helpen.”
Lees verder onder de tweet
NI het water (bijna) weg is, is het bijna niet meer voor te stellen hoe erg het was, vertelt Voncken. De bovenlaag van de grond in de heuvels is al weer aardig gedroogd. Hij kan zelfs het land al weer op om zijn aardappelen te beschermen tegen phytophthora. Daarom is hij blij dat de minister is gekomen om de verhalen van de boeren te horen en de beelden te bekijken die de boeren hebben gemaakt. „Gelukkig hebben we veel vastgelegd op de telefoon.” Of de boodschap is overgekomen? „Ja, ik denk dat we de impact van wat er is gebeurd wel duidelijk hebben kunnen maken.”
Hij hoopt dat het gesprek over de wateroverlast en vooral de gevolgen hiervan gevoerd blijft worden in Den Haag. „Daar ligt een belangrijke taak voor onze belangenbehartigers.” Want met het wegzakken van het water zijn de problemen niet opgelost. De financiële afwikkeling gaat nog een hele discussie worden, weet hij. Misschien niet zo zeer voor hem, maar wel voor vele anderen. „Ik heb een brede weersverzekering. Hier is meer dan 200 mm regen gevallen, dus voor ons is het geen discussie. Maar Midden- en Noord-Limburg zijn ondergelopen door de Maas. Verticaal water, dus regen, is verzekerd, maar hoe zit dat met horizontaal water? In die zin is het een geluk dat dit gebied is uitgeroepen tot rampgebied. Ik denk dat het uiteindelijk wel goed komt, maar deze ramp laat wel z’n sporen na.”