In Nederland 513 met knolcyperus besmette percelen, Limburg koploper met 205 percelen (telling 2019)
Knolcyperus is een hardnekkig onkruid dat in landbouwgewassen en tuinbouwgewassen grote schade kan veroorzaken. Het teeltvoorschrift moet de vermeerdering en verspreiding voorkomen. Percelen landbouwgrond kunnen besmet raken via plantgoed en pootgoed. Bovendien kan het onkruid worden overgebracht via werktuigen met aanhangende grond. Partijen die met knolcyperus zijn besmet, zijn waardeloos en moeten worden vernietigd. Het teeltvoorschrift moet de vermeerdering en verspreiding voorkomen, en daarmee problemen bij de export van voortkwekingsmateriaal (bijvoorbeeld bloembollen, planten en pootaardappelen).
Boete 500 euro per dag
In Nederland geldt voor percelen die met knolcyperus zijn besmet, een teeltverbod. Op deze percelen mogen geen akkerbouw- en tuinbouwgewassen worden geteeld. Ook de teelt van maïs en graszoden is dan verboden. Daarnaast moet de gebruiker van het perceel maatregelen nemen om de knolcyperus te vernietigen en verspreiding tegen te gaan. Bovendien gelden maatregelen voor het gewas dat op het veld staat, op het moment dat de knolcyperus wordt aangetroffen. De NAK voert de teeltverboden uit en controleert hierop. Overtreding hiervan betekent een boete tot 500 euro per dag. Naktuinbouw en de BKD sporen knolcyperus op in gewassen die zij keuren.
Besmettingscijfers per provincie
Volgens een opgave van het NAK waren in 2019 in Nederland totaal 513 percelen, met een totale oppervlakte van 740 hectare, besmet met knolcyperus. De meeste besmette percelen qua aantal en totale oppervlakte bevinden zich in Limburg. Daar waren 205 percelen van in totaal 317,2 hectare officieel geregistreerd als besmet perceel. De gemeenten Weert (62 percelen),Venray (41 percelen) en Horst a/d Maas (26 percelen) kampen met de hoogste besmettingsgraad. Noord-Brabant staat op een tweede plaats met 173 besmette percelen met een totale oppervlakte van 238,5 hectare. Daar zijn vooral percelen in St. Anthonis (36), Boxmeer (21) en Eersel (18) besmet. Drenthe telt 21 besmette percelen (31,3 ha), Flevoland 6 (6,8 ha), Friesland 6 (1,4 ha), Overijssel 20 (24,3 ha), Gelderland 13 (9,8 ha), Noord-Holland 24 (41,7 ha), Zuid-Holland 27 (24,8 ha) en Zeeland 18 (44,2 ha).