Bijna 200 Brabantse melkveehouders aan de slag met biodiversiteitsmonitor
De Biodiversiteitsmonitor kan melkveehouders stimuleren om hun bedrijf beter in balans te brengen met natuur, water en landschap. Ook biedt de monitor melkveehouders extra verdienvermogen. Het programma is al eerder getest met 55 boeren en werd dit jaar opengezet voor nog eens 145 deelnemers. Met de nieuwe subsidie kunnen er dus zelfs 191 boeren mee doen.
De Brabantse Biodiversiteitsmonitor Melkveehouderij (BBM) bestaat uit een set van 13 indicatoren die de invloed van de bedrijfsvoering in de melkveehouderij op de leefomgeving, bodem en water in kaart brengt via een puntenscore op elk van de indicatoren. Door bovenwettelijke maatregelen te nemen kan een ondernemer hoger scoren op deze indicatoren. Het doel is om daarmee de biodiversiteit te versterken, waterkwaliteit te verbeteren, een vitale bodem en een aantrekkelijk landschap te creëren. Voor de boer die daar een waardevolle bijdrage aan levert, staat daar een financiële vergoeding tegenover.
Beter scoren
De collectieven ANB Midden- en West Brabant hebben in augustus de subsidieaanvraag ingediend waarna ze op 21 oktober een subsidiebeschikking hebben ontvangen voor de drie-jarige beloningsregeling. De eerste uitbetaling van de collectieven aan de deelnemers zal in de zomer van 2022 plaatsvinden als de prestaties over 2021 bekend zijn.
De 191 bedrijven die nu mee kunnen doen aan de monitor hebben allemaal een nulsituatie ingevuld voor hun bedrijf op basis van de 13 kritieke prestatie-indicatoren (KPI's) uit de monitor. De gemiddelde score van de melkveehouders was 1127 van de 2500 punten die maximaal te behalen zijn. De melkveehouders willen gemiddeld na drie jaar 500 punten meer scoren.