Onderzoekster: 'Vleesconsumptie mag wel wat lager'
Dat zei onderzoeker Hannah van Zanten van Wageningen UR op woensdag 16 mei tijdens het Pluimvee Symposium in Eersel (NB). „De consumptie wereldwijd verschilt sterk. Een Chinees consumeert gemiddeld 40 gram eiwit per dag en een Afrikaan 15 gram.”
„De consumptie van vlees in landen met opkomende economieën zoals China neemt toe. Maar we hoeven niet allemaal naar de consumptie van 75 gram dierlijk eiwit per dag. We kunnen beter naar elkaar toe bewegen door in Nederland bijvoorbeeld wat minder vlees te eten”, zegt Van Zanten.
Reststromen
„Vaak wordt gesteld dat de veehouderijsector een grote impact op het milieu heeft en dat het beter zou zijn als we allemaal vegetarisch of zelfs veganistisch zouden worden. Dit is echter niet persé terecht. Als we ons vee producten voeren die wij niet kunnen of willen eten zoals bijvoorbeeld voedselresten, dan worden deze reststromen omgezet in hoogwaardige producten, zoals varkens- en kippenvlees. Dit betekent bijvoorbeeld ook een terugkeer van diermeel in het voer in de intensieve veehouderij. Het is doodzonde dat we in Nederland hoogwaardige eiwitten verbranden in plaats van ze efficiënt in te zetten als hoogwaardige eiwitbron in veevoer”, vertelt Van Zanten.
„Dieren gevoerd met reststromen kunnen ongeveer een derde van onze dagelijkse behoefte aan eiwit produceren, zonder dat er concurrentie om land plaatsvindt tussen veevoer en voedsel. Zo leveren dieren een aanzienlijke bijdrage aan het oplossen van het wereldvoedselprobleem en de milieuproblematiek, in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht. Om een optimale efficiëntie van de voedselproductie per hectare grond mogelijk te maken, zou de gemiddelde consumptie van dierlijk product wel wat moeten afnemen”, legde de onderzoeker uit.
Bewustwording
De laatste twee jaar is er volgens de onderzoeker wereldwijd wel steeds meer bewustwording gekomen voor de impact van voedselconsumptie op het milieu. Maar hoewel er wereldwijd en in Nederland steeds meer bewustwording is voor de impact op het milieu van voedselconsumptie, verwacht Van Zanten niet dat er heel grote verschuivingen gaan plaatsvinden op de korte termijn. Ook al denken steeds meer mensen na over wat ze eten en welke impact dit heeft op het milieu.
Van Zanten ziet kansen voor precisielandbouw. „Door precisielandbouw kunnen de opbrengsten van gewassen wereldwijd omhoog. Dat is nodig om de groeiende wereldbevolking te kunnen voeden.” Verder zijn er kansen voor alternatieve eiwitbronnen zoals insecten of kweekvlees. „Nu moet het nog van de grond komen, maar over tien jaar vervangt kweekvlees misschien wel een deel van het (kippen)vlees in het voedselconsumptie van mensen”, aldus Van Zanten.
Verkorrelen en exporteren
Volgens de onderzoekster moeten we efficiënter omgaan met mest. Van Zanten is geen voorstander van mestverbranding in Nederland, zoals dat in de pluimveesector gedaan wordt. „Op andere plekken in de wereld is een tekort aan hoogwaardige meststoffen. Verkorrelen van mest en exporteren naar die delen van de wereld is dan een betere oplossing”, zei ze na een vraag uit het publiek.