Column: NPLG dreigt net als reconstructie te verzanden
Het proces om tot een Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) te komen begint steeds meer trekjes te vertonen van de reconstructie van de zandgebieden twintig jaar geleden. Voor de zomer was al duidelijk dat de twaalf provincies, die ieder voor een deel van dat NPLG aan de lat staan, meer geld nodig hebben voor de grote ambities van de rijksoverheid dan diezelfde rijksoverheid beschikbaar wil stellen. En of die te kleine pot met geld er daadwerkelijk komt, is ook nog onzeker. Bij de reconstructie was dat ook een probleem. Er werd wel geld beschikbaar gesteld om de natuur een impuls te geven, een rood-voor-rood regeling op te zetten en landbouwbedrijven dichtbij natuurgebieden te verplaatsen naar Landbouw Ontwikkelings Gebieden (LOGs). Maar het was te weinig, waardoor het laaghangende fruit snel werd geplukt en het grootste deel van de reconstructie niet werd uitgevoerd.
Mensen en praktijk
Naast een gebrek aan geld was daar ook nog een andere oorzaak voor. Het rijk had vanachter het bureau precies uitgedacht hoe het allemaal moest, maar verkeek zich op de praktijk. Veel boeren wilden niet verplaatsen en plattelandsbewoners wilden geen nieuwe boerenbedrijven in hun omgeving. Er was duidelijk geen rekening gehouden met de wensen van mensen die er mee te maken kregen. En dat gebeurt nu opnieuw met het NPLG, maar dan nog een graadje erger. Waar het bij de reconstructie vastliep op de praktijk, gaat het nu al mis bij de provincies.
LNV stelt teleur
Deze week kregen de provincies een reactie vanuit het ministerie van LNV op hun provinciale conceptversie van het NPLG. Gedeputeerde Staten van Limburg publiceerde die integraal op hun website en voegde daar hun eigen reactie aan toe: teleurstellend. Provincie Limburg had bij het indienen van het plan een brief geschreven, waarin ze aangeeft het Rijk nodig te hebben en als een partner te zien. Want citaat: ‘De urgentie is hoog, de opgaven groot en de onzekerheden voor onze Limburgers op onderdelen onrechtvaardig als het gaat om het toekomstperspectief.’ Limburg zegde eigenlijk dat ze serieus aan de slag wilden, maar daar wel hulp voor nodig hebben. Hulp van een betrouwbare partner. En concreet gaf Limburg ook aan welke zorgen er leven met betrekking tot het NLPG. Het woordje ‘zorgen’ is ambtelijk jargon, want Limburg gaf aan randvoorwaarden nodig te hebben om tot een definitief plan te komen. Die waren voldoende toekomstperspectief voor boeren, de noodzaak voor blijvers-regelingen en juridisch houdbare innovaties, afspraken met het buitenland over waterkwaliteit en stikstof, maatwerkafspraken met de industrie en geld voor zowel de praktijk als de uitvoeringsorganisatie die opgezet moet worden.
Stokslagen
Maar helaas. Daar ging het ministerie van LNV in haar brief nauwelijks op in. Sterker nog, de brief van LNV leest als extra stokslagen richting de provincie. De brief begint met de volgende deadline die de provincie moet halen en vervolgens gaat het over zaken die de provincie allemaal nog concreter moet uitwerken om aan te tonen dat de opgelegde doelen vanuit Den Haag echt gehaald gaan worden. In feite geeft minister Van der Wal de provincies een klap in het gezicht in plaats van in te gaan op de zorgen die er leven. Misschien doet ze dat uit frustratie omdat het Landbouwakkoord mislukt is of omdat er nu een BBB-wind waait vanuit de provincies. Het is gissen, maar zo’n opstelling lijdt natuurlijk alleen maar voor frustratie en zand in de motor van het NPLG-proces.
Streep in het zand
Provincie Limburg laat dat nu ook al duidelijk weten en trekt een streep in het zand. Het Rijk is eerst aan zet om te leveren. Citaat: ‘Het commitment op middelen vanuit het Rijk en antwoord op onze zorgpunten zijn voor ons randvoorwaardelijk om tot een verder commitment richting het Rijk te kunnen komen.’ Het is kneiterharde kritiek en hakken in het zand.
Ik weet niet wat minister Van der Wal beoogt met deze tactiek, maar als het moet leiden tot escalatie dan is ze goed op weg. Waar de reconstructie twintig jaar geleden in ieder geval nog tot een uitvoeringsprogramma wist te komen, lijkt dat onder deze regering voor het NPLG al te hoog gegrepen. Als LNV niet oppast verzandt het NPLG al voordat het gestart is.
Tekst: Robert Ellenkamp
Opgeleid tot ruimtelijk planoloog, maar geboren met een journalistiek hart. Sinds 1999 werkzaam bij Agrio. Eerst als journalist en later als coördinator van de regionale vakbladen. Sinds 2009 verantwoordelijk voor alle redactionele producties op papier en online van Agrio. Geeft leiding aan het 18-koppige redactionele team en stuurt de ontwikkeling van nieuwe producten aan.
Beeld: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed